Routes om lichaam en geest op te laden in de bergen van León
Wandelroutes door vijf biosfeerreservaten Castilla y León
In het noorden van Castilla y León bieden de bergen van León een mozaïek van wandelroutes die vijf biosfeerreservaten doorkruisen die bekend staan om hun natuurlijke waarde en landschapskwaliteit. Tussen grotten, kloven, berkenbossen en historische bezienswaardigheden bieden de wandelpaden toegang tot gebieden met een eigen identiteit, waar het geologische, etnografische en bosrijke erfgoed in dialoog staat met de veeteeltraditie en de bergdorpen, en een toeristisch aanbod bieden dat gebaseerd is op ´slow travel´ en contact met weinig veranderde landelijke omgevingen. Los Argüellos: aan de bovenloop van de rivieren Torío en Curueño bevinden zich geologische formaties zoals de Hoces de Vegacervera en de Cueva de Valporquero, met stalactieten en stalagmieten van grote landschappelijke waarde. In de Curueño-vallei biedt de Llamazares-grot een toegankelijke route. Opvallend is de route van Matallana de Torío naar Vegacervera, die kalksteenmassieven doorkruist en aansluit op bergpassen. Alto Bernesga: in de gemeenten La Pola de Gordón en Villamanín combineert het bergachtig landschap met een mijnbouwverleden. Tussen beuken- en steeneikenbossen valt vooral de Pico Fontañán-route op, met overblijfselen uit de Burgeroorlog, en de Faedo de Ciñera, een bos met eeuwenoude beukenbomen. Ook opvallend zijn de kloven Hoces del Villar en de collegiale kerk van Santa María de Arbas del Puerto, een juweel van landelijke romaanse architectuur in León.

Babia: in de gemeentes Cabrillanes en San Emiliano valt het op door zijn bergtoppen, weidelandschappen en het Ubiña-massief. Het erfgoed omvat het historisch-artistieke complex Riolago de Babia, met paleizen en huizen met wapenschilden. Het is een land van transhumance en legendes zoals die van Babieca, het paard van El Cid. Omaña en Luna: verbindt Atlantische en mediterrane landschappen via de rivieren waaraan het gebied zijn naam ontleent. Hoogtepunten zijn de route van La Magdalena naar Las Omañas, die door traditionele valleien zoals Riello loopt, en de route door de berkenbossen van Murias de Paredes. In de Luna-vallei kunt u op de route naar Riolago de Babia het jeneverbesbos van Mirantes de Luna ontdekken, het meest westelijke van Europa.

Laciana: ten westen van het Cantabrisch gebergte combineert berglandschap, mijnverleden en veeteelttraditie. De route van Villablino naar La Cuneta vat de essentie ervan samen, met stops zoals het interpretatiecentrum Centro de Interpretación del Urogallo in Caboalles de Arriba y las Brañas. In Sosas de Laciana is er een oude hydraulische zuivelfabriek bewaard gebleven die gewijd was aan de productie van boter.